*** Maurino ***
Geboren als kind van Chileense vluchtelingen in Nederland, is Maurino opgegroeid tussen twee werelden. Vandaar de albumtitel ‘Entre Mundos’. De hoofdpersoon is ook de naamgever van het project en de band. Het staat voor een bepaald gevoel en identiteit. “We zijn een team, één familie.”
“Ik heb me altijd tussen twee werelden gewaand, tussen Chili en Amsterdam. Ik ben niet het een en niet het ander. Dat zie je wel vaker bij migranten,” stelt Maurino vast. “De wereld ertussen is ook goed, de wereld van mijn muziek, de wereld ook van mijn gezin. Het is de passie voor wat ik doe.”
Ruim 15 jaar actief als muzikant, markeert dit zijn eerste samenwerking met de Arubaanse producer Michael Lampe alias Fellow, bekend van zijn werk met Major Lazer. Het prachtige artwork van de plaat die alleen op vinyl en online uitkomt, is een rake verbeelding van die twee werelden.
“Wat je ziet op die hoes is honger, bommen, oorlogen, fabrieken, stakingen in de onderlaag. Dat is de grauwe werkelijkheid, waarmee ik elke dag word geconfronteerd,” staat hij even stil bij deze krachtige beelden. “Daaroverheen ligt een veelkleurige laag met de copihue, de nationale bloem van Chili. De kolibrie haalt de nectar uit de bloem en vindt daar zijn leven in. Met die felle kleuren druk ik een hoopvolle toekomst uit, gezien door de ogen van kinderen. Op deze plaat ben ik steeds op zoek naar zulke contrasten.”
Op het album staat een aantal interessante internationale samenwerkingen. Als eerste noemt Maurino het nummer Esperanza dat ‘hoop’ betekent. Daarop speelt hij samen met de band La Pegatina uit Barcelona. Op de track Confesión (‘Bekentenis’) is de Chileense singer-songwriter Manuel García te horen. Patricio Wang speelt panfluit op het titelnummer. “Dat is een vriend van mijn vader. De man is een instituut van politieke folklore,” zegt hij trots. “Weer komen er twee werelden samen: heden en verleden. Alle instrumenten volgen mijn eigen moderne interpretatie.”
De muziek op Entre Mundos bevat elementen van reggae, hiphop, Latijns-Amerikaanse folklore, moderne Latin en reggaeton. Bij elkaar opgeteld komt Maurino zo tot de omschrijving Latin alternative, waarbij de term Latin meer verwijst naar de taal en identiteit en het gevoel daarbij, dan naar het muziekgenre met die naam. De opnames van de plaat vonden plaats in zijn homestudio in zijn eigen achtertuin in een idyllisch Noord-Hollands dorpje onder de rook van Amsterdam. Het dorp en de grote stad, in feite een schaalversie van die twee werelden waartussen hij zich altijd bevindt.
Maurino heeft op dit album gewerkt met échte instrumenten, met échte muzikanten, die een voor een langskwamen. Hij wil geen laptop-imitaties. Hij heeft alle instrumenten analoog opgenomen, want hij houdt van die warmte. Niet voor niets is hij er twee jaar mee bezig geweest. Dat kost wat inspanning, maar dan heb je ook wat. Live komt dat allemaal even intens en energiek terug, inclusief die stijlvolle souldames op backing vocals. De vonk die Maurino en band op het podium genereren, slaat onblusbaar over op het publiek. Niemand gaat ‘onbezweten’ en zonder glimlach de zaal uit.
En dan de tekst van de titeltrack. “Ik ben niet van hier, én niet van daar. Wát er ook gebeurt, ik zit hier goed. Tussen twee werelden,” herhaalt hij nog maar eens zijn uitgangspunt. In die tussenwereld heeft hij een veilige plek opgebouwd voor hem en zijn gezin. Je hoort de namen van Maurino en Fellow noemen. Bewust heeft hij zijn naam aan het project gegeven. “Maurino ben ik niet alleen, maar ook de band. Het is een bepaald gevoel en identiteit. We zijn een team, één familie.”
Hoe je het ook wendt of keert, hij is en blijft een kind van vluchtelingen. Dat draag hij in zich mee. Het is ook zíjn verhaal en ook zíjn strijd. Dat kun je ook horen in Paqué (‘Waarvoor?’). Dat gaat over de lessen die hij van zijn alleenstaande moeder (nu 76) leerde. “Je doet het voor de volle 100 procent, of je doet het niet,” herhaalt Maurino zijn mama’s mantra, die zelf op de plaat deze inspirerende tekst uitspreekt. Het gaat om altijd strijden en strijdbaar te blijven. Dan zal het uiteindelijk lukken.
Aan het einde van dat nummer klinken plots de stemmen van zijn twee dochtertjes Nia en Isla. Ze zeggen: “Ik ben sterk, ik ben mooi. Ik kan alles doen wat ik wil (in het leven).” De strijdkreet Marichiweu resoneert: “10 maal zullen we winnen.” Het is álles of niets. Dat komt uit de Mapuche-cultuur, van een inheemse bevolkingsgroep waar Maurino van afstamt. Zoals zijn moeder geeft hij het weer door aan zijn kroost. Ja, er zit heel veel in deze plaat, waar dan ook keihard aan is gewerkt. Maurino maakt zich klaar voor de toekomst. Hij is zelfs al stiekem begonnen aan zijn volgende album.
Maurino doet 2 internationale releaseshows: op 8 mei in Madrid en op 17 mei in De Melkweg, Amsterdam.
***
Bezetting
Drums: Jelle Huiberts
Bass/Gitaar: Korne Ter Steege
Keys: Jan David Hoogerheide
Vocals: Shanice Redan & Charmaine Charlemagne
Vocals/Tekst/Melodie/Productie: Maurino Alarcon
Productie: Michael Lampe
Charango/Tiple/Zampoña/Quena: Patricio Wang