De violiste Meri Khojayan en pianist Robert Poortinga vormen sinds het begin van
2015 een hecht duo dat inmiddels met een veelzijdig en breed repertoire voor viool
en piano de aandacht van het Europese publiek heeft weten te trekken.
Als prijswinnaars van talrijke concoursen is het duo Khojayan/Poortinga een van de bekwaamste viool-piano duo’s van hun generatie. Daarnaast ontwikkelen ze momenteel een uitstekende carrière.
“Ze weten het publiek te raken, dankzij de charmante mix van talent, muzikale gevoeligheid, hoogstaande techniek en ongelooflijke entente. De perfecte uitvoering van hun brede en gevarieerde repertoire maakt elk van hun concerten tot een onvergetelijke gebeurtenis!”
‘Amici Per La Musica’ Turijn 2022
Na een tournee door de Verenigde Staten in 2016 met de integrale viool-pianosonates van Beethoven, begonnen violiste Meri Khojayan en haar duo-partner pianist Robert Poortinga vele recitals in Nederland, Italië, Duitsland en Spanje te spelen. Hun repertoire omvat alle grote werken die voor viool en piano zijn geschreven, van de barok tot de moderne tijd.
Enkele van de recente prijzen zijn: ‘Grand Prix’ van de kamermuziekwedstrijd in Baden Württemberg in Duitsland en de eerste prijs in de Luigi Nono Kamermuziekconcours, een van de meest prestigieuze kamermuziekconcoursen van Italië, waar ze unaniem door de jury werden verkozen.
Ze werden meerdere keren uitgenodigd naar Maine (VS) voor “Music Without Borders International Music Festival”. Sinds 2018 neemt het duo jaarlijks deel aan het ‘Musica d’Estate festival’ dat plaatsvindt in de Alpen van Piemonte.
In de zomer van 2021 speelde het duo Mendelssohns dubbelconcert met het Jena Philharmonic Orchestra in Weimar.
Als duo studeerden ze 4 jaar bij Lukas Hagen en Enrico Pace. Zowel samen als alleen kregen ze les van Leonidas Kavakos, Trio di Parma, Pavel Gililov, Wim Zwaag, Jaques Ogg (historische uitvoeringspraktijk), Vladimir Tropp, Konstantin Bogino, Jeroen Riemsdijk, Maxim Vengerov, Michael Frischenschlager, Irina Bochkova, Zakhar Bron , Boris Belkin, Ana Chumachenco en Enrico Bronzi.
Het duo filmde een biografische documentaire over Pablo Sarasate, waarin ze beiden speelden, filmden en regisseerden. De film trok de aandacht van de internationale pers, zoals “Codalario”, “Diario de Navarra”, “The Violin Channel”, “Mundo Classico” enz. Evenals de aandacht van internationale filmfestivals waarbij het hoogtepunt het “Film Flicks Festival” in Londen (VK) was, waar de documentaire de titel “de beste biografische film” won.
Op deze CD voeren ze de beide vioolsonates van de Russische componist Sergej
Prokofiev uit. Een componist met wiens filosofie over muziek zij zich nauw verwant
voelen en die zij jarenlang uitgebreid bestudeerden. Hierdoor konden ze op deze
CD een solide en betekenisvolle interpretatie neerzetten van de werken die de
componist in de turbulente en chaotische jaren direct voorafgaand en tijdens de
Tweede Wereldoorlog van 1938-1946 heeft geschreven.
In beide sonates is de muzikale taal van Prokofiev al volledig ontwikkeld. Hij grijpt
daarin terug op een zekere melodische eenvoud die vaak in verband wordt
gebracht met de poëtische taal van de dichter Anna Akhmatova. Prokofjev zelf zei
tijdens deze periode: “Ik wil niets beters, flexibeler of vollediger dan de sonatevorm,
die alles bevat wat nodig is voor mijn structurele doeleinden.”
Uitvoerende musici zijn altijd overweldigd door de kracht van de eerste sonate
op.80. Componist Nikolay Myaskovsky en violist David Oistrakh, voor wie de
componist als eerste de sonate speelde, reageerden met: “Het is een geniaal werk!
Begrijp je wel wat je hebt geschreven?”. Oistrakh voegde daaraan toe: “Ik kan
zonder de minste overdrijving zeggen dat in jaren niets voor viool is geschreven,
hier of elders, dat de schoonheid en diepte van dit stuk kan evenaren.”
Elk van de vier delen is een weerspiegeling met contrasterende karakters van de
indrukken die het tumultueuze stalinistische regime en de oorlogsjaren op de
componist hadden. Prokofiev zei: “Deze muziek moet zo klinken dat mensen op
hun plaats springen en vragen: Ben je gek geworden?”. Van delen van de eerste
sonate zei hij: “ ‘et moet klinken als de wind op een graf “. Prokofiev had de neiging
te choqueren met zijn muziek, vooral bij de premières. Zo’n schok is nu moeilijk te
creëren omdat het publiek inmiddels zijn klanktaal kent en weet wat het kan
verwachten. Desalniettemin is de kracht van zijn muziek zo diepgeworteld en
overweldigend en is dat ook in de serene momenten, waarin hij een absolute
meester was.
De tweede sonate op.94bis, geschreven in de zomer van 1943, heeft een heel
ander karakter dan de eerste sonate. “Ik wilde dat deze sonate een klassieke,
heldere, transparante klank zou hebben. Misschien ongepast op dit moment, maar
aangenaam’, schreef de componist. De trotse en ‘sarcastische’ vrolijkheid, die als
een rode draad door alle muziek van Prokofiev loopt, is duidelijk hoorbaar. Omdat
er personages in de muziek zitten, wordt die sonate wel eens vergeleken met het
symfonische sprookje ‘Peter en de Wolf’. Meteen na de eerste uitvoering kon de
sonate zich in een grote populariteit verheugen en wordt sindsdien vaak op het
podium uitgevoerd.
De vijf melodieën van op.35bis zijn van een heel andere orde. Deze intrinsieke
lyrische werken zijn van origine in 1920 als vocalises voor de sopraan Nina
Koshetz in Amerika geschreven. De set is nauw verwant aan de opera ‘For the love
of three oranges’. De transcriptie, die hij tijdens zijn verblijf in Parijs in 1925 voor
viool en piano schreef, wordt het meest uitgevoerd. Elke melodie heeft een andere
klankwereld die alle elementen van Prokofiev’s muzikale taal bevat. De eenvoud en
harmonische contrasten maken deze set uniek.